We zijn weer thuis! En wat is het vreemd dat die andere
wereld waar we twee maanden in ondergedompeld waren en waar we ons ook thuis
voelden, dat die wereld nu zo ver weg is.
En toch is het ook weer fijn om thuis te zijn. Om onze
(klein) kinderen en vrienden weer te ontmoeten, om weer onder een dekbed te
slapen en weer te kunnen fietsen. Om weer warm water uit de kraan te krijgen en
niet bang te hoeven zijn dat de elektriciteit uit zal vallen. Wat is het ook
fijn om weer met onze eigen gemeente samen te komen!
Toch ga ik eerst nog even vertellen over de laatste dagen in
Kisumu.
Onze "privé" chauffeur Maurice voor de tuk-tuk |
Maandagmorgen worden we voor de laatste keer opgehaald door
Maurice met de tuk-tuk. Terwijl het normaal is dat je gewoon lopend op weg gaat
naar je bestemming en onderweg een tuk-tuk aanhoudt, werden wij altijd bij huis
opgehaald en als we weer terugwilden, dan belden we Maurice en zorgde hij dat
hij na een kwartier weer ter plekke was om ons op te pikken. En als dat een
keer niet lukte zorgde hij dat er een collega ons op kwam halen. Meestal lopen
we het laatste deel naar de carepoint omdat de zandweg vol hobbels zit, maar de
afgelopen dagen heeft het veel geregend en lukt het niet de grote plassen te
omzeilen en alsof het vanzelfsprekend is hobbelt Maurice met de tuk-tuk door de
plassen en zet ons af bij het hek van de carepoint. We willen na ons bezoek
langs het meer terug wandelen, dus is het tijd om afscheid te nemen van onze
trouwe chauffeur.
Mama Felister zwaait ons uit. |
We wisten dat de kinderen er niet zouden zijn vandaag maar de caregivers
zijn er ook niet. Van mama Felister horen we dat alle caregivers in de
sloppenwijk zijn om een gezin te helpen, waarvan het modderhuisje door de zware
regenval is ingestort. De grootmoeder en haar kleinkinderen, waarvan er twee
ook de carepoint bezoeken, moeten op dat moment geholpen worden om alle
huisraad van modder te ontdoen. Dat is nu even belangrijker dan lessen
voorbereiden. Na een telefoontje met één van de caregivers horen we dat ze rond
15.00 uur weer op de carepoint zullen zijn. We besluiten om dan eerst maar naar
een mooi plekje bij het Victoriameer te gaan en later terug te komen op de
carepoint.
Via een omweg, vanwege de modder, lukt het ons om met droge voeten bij het meer te komen. We genieten nog één
keer van de prachtige bloemen en de mooie vogels. We maken foto’s en eten onze
lunch, we kijken naar de zeilbootjes en maken een praatje met verschillende
mensen. Het is zo heerlijk rustig hier!
De Wevervogel ( gemaskerde) |
Maar aan alles komt een eind en om 14.00
uur begint het ook te betrekken. Net voor een flinke stortbui zijn we weer op
de carepoint en even later komen ook de caregivers. We delen onze pakketjes uit
en nemen ook van hen afscheid. Het voelt leeg als we weer terug wandelen naar
huis. Wat hebben we genoten van deze mooie mensen, die zoveel liefde geven aan
de kinderen!
Sommigen van jullie weten dat het
een hobby van Albert is om beeldjes van speksteen te snijden. Er zijn 140 km
vanaf Kisumu speksteenmijnen en we hebben gelezen dat je die kunt bezoeken. We
besluiten om onszelf dit uitje nog te gunnen en gaan op dinsdag met een taxi
naar Tabaka.
Zelf een stuk speksteen houwen |
Het helpen met zagen van platen steen |
De taxichauffeur heeft al eerder voor ons gereden en gaat met ons
mee bij het bezoek en brengt ons ook weer thuis. Dat zou in Nederland niet te
betalen zijn maar hier kost het iets meer dan twee retourtjes Groningen met de
trein. Het is een prachtige reis door bergachtig gebied en het is erg leuk om
de mijnen te zien en het bewerken van het speksteen tot souvenier. Ook zien we
vrouwen die stukjes steen door een soort zeef wrijven, zodat de kleine brokjes
verkocht worden als siergrint.
Siergrint zeven |
De weg naar de groeve |
Wij kopen ook een brok steen van 6 kg ( hoe we het mee naar huis krijgen is van later zorg) en gaan via een andere weg weer terug naar huis. Dat bezoek was zeker de moeite waard!
En dan is het woensdag, de dag
van vertrek. We ruimen het huis op en pakken onze spullen in. Aan het eind van
de middag worden we door een taxi naar het vliegveld gebracht.
Zicht op Nairobi |
Lucas en Joas maakten als verrassing een ovenschotel voor ons klaar. |
We kijken met heel veel
dankbaarheid terug op een geweldige tijd. De reis, die zo onzeker begon vanwege
de problemen rondom het juiste visum, is toch een heel gezegende reis geworden.
We hebben heel veel gezien van het werk van Christ’s Hope en toch ook best veel
kunnen doen.
Ik las, vlak voor het begin van
onze reis over een dominee die met een groep jongeren naar een
ontwikkelingsland ging om daar te helpen. Hij vroeg de jongeren: “’ Wat denken
jullie tijdens je verblijf in dat land te ontvangen? “ Die vraag verwacht je
niet als je mensen gaat helpen. Je wilt die mensen iets geven. Maar wat hebben
wij ook ontzettend veel ontvangen. Zoveel liefde van mensen, zoveel bemoediging in
geloof! Zoveel blijde gezichten, zoveel dankbaarheid!
We kunnen niet anders dan God de
eer geven die hem toekomt. We voelden ons van begin tot eind door Hem geleid.
Nu mogen we alles loslaten en de mensen in Kenia en Tanzania en onszelf, voor de toekomst aan Hem toevertrouwen!